Categorie archieven: Schrijfsels

Oorlog en vrede in Oekraïne (1)

polen oekraine zomer 2010 328

In de zomer van 2010 was er voor de toeristen die wij waren weinig aan de hand in Oekraïne. Vanuit het Poolse Przemyśl hadden we een goedkope rammelende bus naar Lviv genomen. Net voor de grens stopte de bus om een aantal zwaarbeladen vrouwen binnen te laten. Al die zakken, tassen, koffers en dozen werden later bij de overgang door douanebeambten vluchtig doorzocht. Van ons wilden ze alleen weten wat we kwamen doen – best handig dan om met iemand te reizen die Russisch spreekt. polen oekraine zomer 2010 281

Op het hectische busstation aan de andere kant van de grens bleken sigaretten omgerekend 80 cent te kosten. Vanuit de volgende rammelende, snikhete  bus op weg naar het centrum zagen we  koeien grazen tussen woonblokken uit de Sovjettijd. Als iemand instapte gaf die geld voor het kaartje aan een medepassagier, die het doorgaf aan de volgende tot het bij de chauffeur was, waarna wisselgeld en kaartje weer werden doorgegeven naar achteren. Een Franse toerist met wie we eerder een gesprek hadden gehad begreep deze praktijk niet helemaal. Hij stopte verward het geld van een net ingestapte vrouw in z’n zak.

Lviv zelf bleek een prachtige, bruisende stad. Lekker rauw, niet heel goed onderhouden, maar heel levendig en onmiskenbaar Europees. Eeuwenlang stond Lviv onder Pools bewind, later maakten de Habsburgers er de dienst uit. Pas in de 20e eeuw werd Oekraïne een land, dus pas in de 20e eeuw werd Lviv een Oekraïense stad.

Zoals we van de 19e eeuw hebben geleerd is de neiging tot vurig nationalisme het sterkst in jonge naties. Een prille staat moet zijn plek op het wereldtoneel nog veroveren, er lijkt nog iets te verliezen. Het oostelijke deel van Oekraïne is qua cultuur en populatie in feite een verlengstuk van Rusland. Daar krijgen Oekraïense nationalisten geen voet aan de grond. Hoe anders is dat in het westelijke deel: op elke straathoek, in elke bar, in elke toeristenshop wordt met felle kleuren en ferme taal de Oekraïense identiteit bevestigd. Met als onsmakelijk en tamelijk schokkend dieptepunt een verregaande verering van de Ukrayins’ka Povstans’ka Armiya (UPA), het Oekraïense Opstandelingenleger. Deze paramilitaire opstandelingen speelden een belangrijke rol in het ontstaan van Oekraïne als zelfstandige natie. Tegelijkertijd waren het onverbiddelijke, opportunistische antisemieten die zich in de oorlog aan de meest afschuwelijke moordpartijen op vooral Polen schuldig maakten. Lees de gruwelijke details maar op Wikipedia.

In een bar genaamd Kryivka neemt de UPA-verering haast theatrale vormen aan. We hadden gelezen dat je alleen binnenkomt als je het wachtwoord weet, dat dan wel weer overal netjes staat vermeld. We stonden voor de zware stalen deur, een klein luikje ging open, en ik wist ternauwernood, heel zachtjes, de groet van de UPA uit te brengen: Slava Ukraini

Heroyam slava! sprak de figuur aan de andere kant. kryjivkaDe deur ging open en we stonden oog in oog met een bozig kijkende beer van een vent, compleet met UPA-uniform en automatisch geweer. Binnen stonden serveersters ons in dezelfde uniformen enorme glazen wodka in te schenken. Ik geloof niet dat we het daar lang uit hebben gehouden.

Slechts één keer in m’n leven ben ik ongemakkelijker dronken geworden dan in Kryivka, en dat was de volgende dag. Op straat hadden we mensen gevraagd naar een bar waar metal werd gedraaid. Bij het adres dat we kregen was van buiten niets te zien, maar een trap omhoog bracht ons naar een groezelige ruimte waar nog groezeligere mannen zaten te praten en te drinken. Er hingen t-shirts aan de muur met tijdloze slogans als Arbeit macht frei. Terug konden we niet meer, we werden direct uitgenodigd aan een tafeltje, waar we uit alle macht probeerden politieke onderwerpen uit de weg te gaan. Dat lukte maar net, en na een paar plichtmatige glazen slopen we opgelucht weg.

Voor mij kwam dit openlijke vertoon van rechts-extremistisch gedachtegoed als een schok. Ik probeerde me voor te stellen dat een populaire toeristische trekpleister in Amsterdam een NSB-bar was en dat in elke rockbar in Nederland wel een paar fanatieke neo-nazi’s zaten te chillen en dat die gewoon met rust werden gelaten.

Maar dat soort vergelijkingen gaat altijd mank. De dreigende rood-zwarte UPA-vlag wappert vandaag naast het gemoedelijke  blauw-geel van de Oekraïense natie op Maidan. Rood en zwart zijn ook de kleuren van de Pravyi Sektor, de extreem-rechtse gewapende burgermilitie die in Kiev vooraan stond tijdens de gevechten met de Berkut. Overal weerklinkt de leus Slava Ukraini! Heroyam slava! Er is geen onderscheid. Keiharde nationalisten en neo-nazi’s vechten naast Joden, boze Oekraïners en intellectuelen. maidan1Het is allemaal van een absurditeit die ik maar niet kan bevatten. Hoe onbegrijpelijk deze samenwerking tussen totaal tegengestelde krachten ook op mij overkomt, ik probeer deze revolutie niet, zoals Rusland doet, op te vatten als een coup van extreem rechts. Russia Today laat ons bijvoorbeeld, in een poging de hele opstand te reduceren tot een eruptie van rechts radicalisme, in twaalf filmpjes zien ‘why Ukraine fears and stands up to radical nationalists’. Volkomen terecht natuurlijk – niemand zit te wachten op een schrikbewind van paranoïde, oorlogszuchtige fascisten. Maar ik kan simpelweg niet geloven dat al die mensen op de straten van Kiev er dezelfde perverse ideeën op nahouden als de moreel gemankeerde aanhangers van Bandera en z’n kliek. Wanneer de strijd gestreden en het leed geleden is kruipen dat soort radicale krachten toch weer terug naar de donkere hoekjes waar ze vandaan kwamen. Gun mij dit optimisme.

En vergeef me deze uitweiding, want ik wil Lviv hier niet neerzetten als bolwerk van radicalen waar je maar beter uit de buurt blijft. Je kunt de opstand niet reduceren tot de speeltuin van een paar gevaarlijke gekken; net zomin kun je Lviv afdoen als broeinest voor extremisten. Het is tenslotte voornamelijk een stad waar heel gewone burgers gewoon hun leven leiden. En een stad van kunst, geschiedenis, cultuur, imposante architectuur, goede koffie, lekker eten en goedkope drank. We maakten er de mooiste wandelingen en ontmoetten er de vriendelijkste mensen. Ik had hier nu zelfs kunnen schrijven dat ik in Lviv met een Kalasjnikov had geschoten, maar helaas hebben we dat geld aan sushi uitgegeven.

Als de rust een beetje is teruggekeerd nemen we zo weer de bus. We weten nu in ieder geval waar we niet heen moeten gaan.

Volgende stop: Odessa.

polen oekraine zomer 2010 290

 

 

 

Echt grappig man, de waarheid

oh and by the way
it was 20 years ago today
that mr. Hicks said goodbye to play
with non-existent deities, dinosaurs and Kennedy
smoke cigarettes, drop acid
an eternity with the enemy
in midgard still the words resound
as true as when they were shouted first
at all the people pale with thirst
who live on such unfertile ground
they didn’t know
that they needed those words –
meaning is an echo
turned into truth
by who will listen

ENJOY THE LAKE OF FIRE FUCKER

https://www.youtube.com/watch?v=olFu9rzVYxM

https://www.youtube.com/watch?v=dUJ_RFAfXA0

http://www.youtube.com/watch?v=a_wRM03_cq8

Een onheroïsch samenzijn

Pas als de verering in al haar verschijningsvormen is overwonnen kunnen we nieuwe, betere mensen worden. Maar je hoeft natuurlijk niet per se op de rest te wachten.

Helden hebben we altijd gehad, vanaf de vroegste tijd. Altijd al was er in de mens een fascinatie voor succes, voor grootse daden. En met de grootse daad ontstond het voetstuk: de held werd erop gehesen, neergezet als lichtend en stichtend voorbeeld. Grote jagers, sluwe krijgers en monumentale leiders. En toen het mythologische, religieuze wereldbeeld verscheen, verscheen naast de goden meteen de heilige. Voor veroveraars schoten standbeelden uit de grond. Zelfs atleten werden in het oude Griekenland al door dichters bezongen. Die dichter, de kunstenaar, werd later zelf weer onderwerp van verering.

Maar de kunstenaar heeft inmiddels plaats moeten maken voor de beroemdheid – en de afgelopen vijftig jaar heeft de verering van beroemdheden groteske vormen aangenomen. In het vredige en welvarende Westen van na de Tweede Wereldoorlog is de publieke aandacht voor de entertainer een obsessie geworden. Tegelijk werd vrijwel alles entertainment. Lees verder Een onheroïsch samenzijn

I was joking, but I turned out to be serious (rhetorics)

Het was maar een grap, een antwoord op het sarcasme van een facebookvriend. Maar ik bleef typen, de nacht verwelkomde mijn woorden, en voor ik het wist probeerde ik dwars door het opgeblazen taalgebruik heen een punt te maken. Langzamerhand ontstond een argument – ondanks mezelf, in feite. In het Engels zelfs. Maar misschien  dat ik daarom door bleef schrijven: de afstand bleef, de spot bleef in stand met de taal. Ik was het niet. Het was een formaliteit die ik draaide en kneedde tot het mijn eigendom werd, mijn werk:

Avond (zie hier een nietszeggende flard, een blik op het niets, vanuit het niets, maar grond voor gedachten niettemin)

Leo Purger Thats a really cool video bas, i like it x

3 uur geleden via mobiel · Vind ik leuk

Bas Punkt Thanks Leo. It’s an existentialist piece that deals with nihilism concieved as a civil concept. In this film, different approaches to contemporary youthful apathy are confronted with the thesis that society as a whole is always dependent on the human essence as such. Bypassing Foucault’s notion of episteme, this work reaches out to a postmodernist public that is weary of narrative and meaning, instead providing for a fragmented vision of the urban landscape, which can be used, re-used and reconfigured according to the needs of an ever-expanding social consciousness – a consciousness that refuses to acknowledge its own existence, but which inscribes in us a reality that cannot be ignored.

ongeveer een uur geleden · Vind ik leuk · 3

(Hier zijn woorden en concepten betekenisloos, in de zin dat er geen denken aan vooraf ging. Geen overtuiging, slechts de vorm van een academisch betoog. Maar mensen praten wel degelijk op deze manier.)

Lees verder I was joking, but I turned out to be serious (rhetorics)

Horen, zien, bellen

En we zijn los. Op AT5 het bericht dat reeds tienduizend Amsterdammers zich hebben aangemeld bij Burgernet, een soort M. (Meld Misdaad Anoniem). Maar dan niet anoniem. Waakzame burgers die in het systeem van Burgernet staan krijgen bericht als de politie hulp nodig heeft in een dringende zaak, bijvoorbeeld bij roof, inbraak of geweld. Zij fungeren zo als verlengstuk van het politieapparaat. Extra oren en ogen.

De folder die erbij hoort is van zo’n afzichtelijke infantiliteit, dat de vraag of het wellicht gewoon een slechte grap is zonder meer is gelegitimeerd. Als ik weer 10 was, en het was weer 1990, en ik was weer stiekem gefascineerd door heel gewone, geloofwaardige superhelden die de misdaad in de stad bestreden, dan had ik heel misschien, in een moment van jeugdige zwakte, overwogen me aan te melden. Ik kan het verschil maken! Ik kan, met weinig moeite, een echte bijdrage leveren! Kleine held! Lees verder Horen, zien, bellen

Allochtoon

Zelfs mensen van wie je het nooit zou verwachten hebben er last van. Waarschijnlijk grotendeels onbewust vallen ze ten prooi aan opvattingen die de realiteit geweld aandoen. Voor het gemak verdelen ook de meest geëngageerden onder ons mensen onder in overzichtelijke groepen. Die groepen worden voorzien van algemene kenmerken, ze krijgen een plek toegewezen in het schema dat onze werkelijkheid ordent: de sociale afbakening is een feit.

In tijden van economische crisis moeten er schuldigen worden aangewezen, zo blijkt telkens weer. Sinds een aantal jaar hebben we er in Nederland een nieuwe zondebok bij: het zijn de Polen die het moeten ontgelden.

Voor het gemak wordt de term ‘Polen’ gebruikt voor immigranten uit alle landen uit Midden- en Oost-Europa. In ambtelijke taal heten zij dan ook MOE-landers, een benaming die niet snel op straat te horen zal zijn (al klinkt het als scheldwoord toch uitmuntend – ‘hé, vuile moelander!’). Lees verder Allochtoon

Ontruiming

Eerst denk ik nog aan een brute inbraak. Een tergend, agressief boorgeluid doordringt mijn werkkamer: dit is geen gewone klusjesman. Als ik mezelf gerust heb gesteld doe ik de deur open en sta oog in oog met een groep mannen, gemeentemensen en politieagenten. Op zijn knieën, vlak voor me, is een man bezig de sloten van mijn buurman eruit te boren. Met bruut geweld. Ik kijk een van de mannen verbaasd aan. ,,Wat is dit”? ,,Een ontruiming.” Erg scheutig met informatie zijn dit soort lieden doorgaans niet, maar na enig doorvragen blijkt dat mijn buurman al heel lang geen huur meer betaald. Of hij nog leeft weet niemand me te vertellen.

Ik moet eerlijk bekennen dat het een zonderling figuur was, niet al te snugger, en inderdaad veelal afwezig. Een pakketje heeft eens meer dan een half jaar voor zijn deur gestaan, totdat wij ons er maar over ontfermden. Het was een tent, die staat nu in onze berging. Sorry buurman.

Maar nu gaan ze dus je hele huis leeghalen, buurman. ,,Wat gebeurt er met die spullen dan?”, vraag ik. ,,Hij krijgt neem ik aan wel de gelegenheid om die ergens op te halen?” Waarschijnlijk niet, is het droge antwoord. Ik merk nog op dat ik dit wel erg rigoureus vind, maar alweer krijg ik weinig reactie. Het huis is binnen de kortste keren leeg. Mannetjes in groene t-shirts lopen de vier verdiepingen op en neer met de huisraad. Ik heb geen lift. Goede ochtendgymnastiek, zeg maar.

Natuurlijk gluur ik even naar binnen: het lijkt of mijn buurman vanochtend nog is opgestaan om naar zijn werk te gaan. Een rotzooi zoals je die in het huis van een alleenstaande man verwacht. Buiten staat een aantal verhuiswagens klaar om al die zooi in te doen. Naar de vuilnisbelt ermee? Spijtig. Binnen hoor ik ze nog grapjes maken. ,,Die kun je meenemen voor je vrouw!” ,,Hou jij van Bonanza?” Ik trek mij maar weer terug – wat kan ik doen? Bezwaar maken tegen deze overmacht?  De werklui aanspreken op hun cynisme? Vergeefse moeite, zegt die andere cynicus.

Intussen is mijn buurman in geen velden of wegen te bekennen. Ik maakte wel eens een praatje met hem. Een keer zei me dat hij veel bij z’n ouders was. Is hij weer bij hun ingetrokken? Ik ben z’n naam zelfs vergeten. Begint met een R. Ruben? Robert? Een tragisch figuur, eenzaam, arm. Als een spook waart hij door dit leven. Z’n naam wordt vergeten. Ik hoop dat zijn ouders nog leven.

Wilders en Wester

Het blijft een vreemde gewaarwording: Geert Wilders die wordt ondervraagd door een journalist. Op RTL4, dat wel, maar toch. Want veel meer dan het partijprogramma opdreunen gebeurt er van de kant van Wilders toch niet tijdens zo’n gesprek. Je kunt als interviewer nog zo je best doen, altijd zul je tegen die gedisciplineerd omhooggehouden muur van argumenten en standpunten lopen. Dat is natuurlijk ook de kracht van de PVV. De klassieke lessen van historische volksverlakkers staan in het bewustzijn van die beweging (want een partij is het volgens mij nog steeds niet) gegrift. Er zijn vijanden, die moeten worden bestreden. Er is een waarheid, die moet worden verkondigt.

Het onderhoud dat RTL-verslaggever Frits Wester op 24 januari 2011 had met de heer Wilders voldeed perfect aan dit beeld. In het tijdsbestek van een kwartier kwamen alle hoofdpunten van de PVV aan de orde. Hoofddoekjes. Islam. Ontwikkelingshulp. Strafmaat. Europees federalisme. De Haagse ‘politieke elite’. De vrijheid van meningsuiting. Immigratie. Veiligheid. Hypotheekrenteaftrek. En dat alles doortrokken van heerlijke oud-Hollandsche uitdrukkingen als ,,daar zakt je broek van af”, ,,wolf in schaapskleren”, ,,water bij de wijn” en ,,geen knip voor de neus waard”. Een waar festijn voor politieke analytici en taalonderzoekers, me dunkt.

Je moet het hem nageven – elk gesprek weet hij om te zetten in een soort spotje voor zijn denkbeelden. Na het zien van dit interview bekroop me het gevoel dat ik had zitten kijken naar ‘zendtijd voor politieke partijen’, dat overigens altijd vermakelijke tv oplevert. Hoe doet hij dat toch? Lees verder Wilders en Wester

Hangin’ out in Belgrade

 We krijgen de sleutels van onze kamer in een hostel aan de Alexander Boulevard. ‘Hvala’, zeg ik met de h achter in de keel, dank je wel. Voor deze prijs klagen we niet, ook al zit douchen er gezien de hygiënische situatie voorlopig niet in. ,,Tomorrow at twelve there will be a cleaning lady”. Nooit gekomen. Ach. We hebben toch betere dingen te doen. Zij waarschijnlijk ook. Een paar dagen niet douchen, goed voor de saamhorigheid. Goed voor tenminste een paar schunnige grappen tijdens het drinken in een nieuwe stad. Ja toch.

Belgrado.

De sporen van de recente oorlog zijn nog niet allemaal uitgewist: het regeringsgebouw dat in 1999 door de NAVO werd gebombardeerd staat er nog precies hetzelfde bij als vlak na de aanval. Bij een openbaar gebouw (ik weet niet wat het was) hangt een gekopieerd velletje – vuurwapens verboden. De eerste uren van ons korte bezoek zijn we uiteraard een beetje op ons hoede. Je weet niet wat voor effect al die nare zooi heeft op de mensen. Slechte verhalen en zo. Trauma’s en dergelijke. Misdaad. Vergeldingsdrang. Lees verder Hangin’ out in Belgrade

Nihilisme en muziek

Voor iemand die zich meer en meer de gewoonte eigen maakt te luisteren naar duister-agressieve muzikale uitspattingen die worden geproduceerd door mensen die met de werkelijkheid zoals die zich aan hen manifesteert weinig op hebben, kan het zo nu en dan verfrissend werken het oor weer eens te luisteren te leggen bij toonkunstenaars met meer affirmatieve karaktertrekken. Als ook daar waarheid kan worden gevonden, dan is nog niet alles verloren.

Levensbevestigende muziek – in het idioom van de verstokte liefhebber van grimmige genres klinkt het welhaast als een belediging van de goede smaak. Vol als hij is van een concept als ’transgressie in de kunst’, is het idee van een relatief veilige, niet-aanstootgevende artistieke weergave van een fundamenteel geaccepteerde, als onafwendbaar ervaren realiteit hem vreemd. Adorno’s vingerwijzingen omtrent de kunstpraktijk zijn in zijn bewustzijn gegrift. Geen werk zal loutere bevestiging zijn, altijd zal het wringen en tegen de haren in strijken. Voor sentiment in wat voor vorm ook is geen plek meer. ‘Je gevoelens uiten’, dat doe je maar in je vrije tijd.

Enter Donny Hathaway. Geheel onbedoeld en vooral onvoorbereid komt deze nihilist diens plaat Everything is Everything tegen, download hem netjes zonder te betalen (hij pleegde in 1979 al zelfmoord), en staat subiet perplex van de rauwe eerlijkheid die daar voor het nageslacht is opgenomen. Lees verder Nihilisme en muziek