Wilders en Wester

Het blijft een vreemde gewaarwording: Geert Wilders die wordt ondervraagd door een journalist. Op RTL4, dat wel, maar toch. Want veel meer dan het partijprogramma opdreunen gebeurt er van de kant van Wilders toch niet tijdens zo’n gesprek. Je kunt als interviewer nog zo je best doen, altijd zul je tegen die gedisciplineerd omhooggehouden muur van argumenten en standpunten lopen. Dat is natuurlijk ook de kracht van de PVV. De klassieke lessen van historische volksverlakkers staan in het bewustzijn van die beweging (want een partij is het volgens mij nog steeds niet) gegrift. Er zijn vijanden, die moeten worden bestreden. Er is een waarheid, die moet worden verkondigt.

Het onderhoud dat RTL-verslaggever Frits Wester op 24 januari 2011 had met de heer Wilders voldeed perfect aan dit beeld. In het tijdsbestek van een kwartier kwamen alle hoofdpunten van de PVV aan de orde. Hoofddoekjes. Islam. Ontwikkelingshulp. Strafmaat. Europees federalisme. De Haagse ‘politieke elite’. De vrijheid van meningsuiting. Immigratie. Veiligheid. Hypotheekrenteaftrek. En dat alles doortrokken van heerlijke oud-Hollandsche uitdrukkingen als ,,daar zakt je broek van af”, ,,wolf in schaapskleren”, ,,water bij de wijn” en ,,geen knip voor de neus waard”. Een waar festijn voor politieke analytici en taalonderzoekers, me dunkt.

Je moet het hem nageven – elk gesprek weet hij om te zetten in een soort spotje voor zijn denkbeelden. Na het zien van dit interview bekroop me het gevoel dat ik had zitten kijken naar ‘zendtijd voor politieke partijen’, dat overigens altijd vermakelijke tv oplevert. Hoe doet hij dat toch?

Kritische vragen worden steevast gepareerd met platitudes die rechtstreeks van de programmatische tekentafel lijken te komen, iets dat in een radicaliserend politiek klimaat wellicht onvermijdelijk is. Immers, verwarring en onzekerheid vragen om een daadkrachtige, zekere politiek die zich niet door kritiek van de wijs laat brengen. Zelfs het politieke midden ontspring niet aan die dans, getuige de mission statement van het ‘nieuwe’ CDA dat een keuze voor het ‘radicale midden’ belooft.

Over het CDA gesproken, uit de Joods-Christelijke traditie die de PVV te vuur en te zwaard verdedigt leren we het volgende (Nieuwe Testament, Mattheüs 5): ,,Zalig zijn de zachtmoedigen; want zij zullen het aardrijk beërven.” En uit hetzelfde Bijbelboek: ,,Zalig zijn de vreedzamen; want zij zullen Gods kinderen genaamd worden”. Deze Christus had voorzover wij kunnen nagaan het beste met de mens voor en populariseerde nogal wat denkbeelden die tot op de dag van vandaag geldig zouden kunnen zijn. Je zou denken dat een politiek die zich baseert op die traditie oorlogstaal zou schuwen en op een verantwoordelijke manier de andere wang zou toekeren.

Maar als de vrijheden die wij hier voor onszelf hebben gecreëerd inderdaad het product zijn van Bijbelse naastenliefde, dan druist het vileine vijandschap dat de PVV tentoonspreidt daar volledig tegenin.

Nee, Wilders leerde iets anders van de Joods-Christelijke traditie, die ook de grote totalitaire systemen van de 20e eeuw voortbracht – op een bepaalde manier althans. Niet de morele levenslessen die daar sinds mensenheugenis worden verkondigt vormen het lesmateriaal; het is die dwingende, dogmatische zekerheid die de PVV tot voorbeeld dient. Blijf bij je standpunt, verzaak nooit je plicht als gelovige. De waarheid moet worden verkondigt, vijanden moeten worden bestreden. Wilders bedient zich van dezelfde eenduidige, strijdlustige retoriek als waar hij zijn vijanden van beschuldigt. Veel ironischer wordt het niet, veel ongeloofwaardiger ook niet.

En toch blijven we luisteren. Toch krijgt hij alle ruimte om zijn persoonlijke jihad te voeren en reageren we telkens weer als voorgeprogrammeerde machines op zijn uitlatingen. Of dat reageren zin heeft is hier niet aan de orde. De tijd zal het uitwijzen. Waar het om gaat is de impuls die we telkens voelen om te reageren, dat eindeloze erkennen van zijn aanwezigheid. Is dat dan de rebelse reactie van de scepticus op een bepaald geloofsartikel? Is het een publiekelijk proberen te ontkrachten van de uitlatingen van een niet door de geschiedenis te legitimeren profeet? Of zijn we gewoon extreem gevoelig voor die eeuwenoude retorische maniertjes?

Het zal niet verbazen dat ik denk dat het laatste het geval is. Verlichting, Renaissance en Moderniteit ten spijt laten wij ons nog altijd verleiden door demagogen die niets anders doen dan herhalen en herhalen en herhalen en herhalen en herhalen en herhalen en herhalen en herhalen en herhalen…

En weer genereert het publiciteit, veel publiciteit. En weer wordt de tactiek gerechtvaardigd.

En weer wordt onze zwakte blootgelegd…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *